Van de redactie
In dit nummer staan we stil bij het overlijden van Rens Kopmels, die meer dan vijftig jaar als schrijver en redacteur betrokken is geweest bij In de Waagschaal. Wat hem typeerde was het confronterende en tegelijk zelfrelativerende gesprek dat hij zocht met theologen en filosofen van zijn tijd. Maarten den Dulk memoreert dit vanuit een persoonlijk en vriendschappelijk perspectief. In een bijdrage van 2011 in ons blad, die we nog een keer afdrukken, schetste Rens zelf zijn dankbare bewondering voor iemand die in zijn Zeeuwse jeugd indruk op hem maakte, als een vrij mens die psalmen zong en die je met de nodige ironie precies op je plaats kon zetten.
O.W. Dubois onderstreept in zijn artikel het belang van dankbaarheid en bewondering voor onze geestelijke leermeesters. Leeft de bewonderende dialoog met de Schrift en wie ons voorgingen nog voor de dominee in onze egalitaire tijd? En hoe plukt de gemeente daar de vruchten van? Trijnie Bouw durft te zeggen dat zij niet de persoonlijk geestelijk verzorger is van haar gemeenteleden, maar de geestelijk leider van de gemeente als geloofsgemeenschap. In haar reactie benadrukt Florida de Kok dat het niet om de predikant draait, maar om de opbouw van de gemeente. Zij refereert aan de presentatie van het boek De toekomst van de kerk van Aarnoud van der Deijl, waarin hij zeven plannen beschrijft die de kerk niet konden redden. Jan Bruin vraagt zich af of Van der Deijl zo wel recht doet aan het verleden waarin men de kerk niet wilde redden maar in rapport met de tijd wilde brengen. Tegenover de laagdrempelige trend in het kerk-zijn, waarin intergenerationele en lokale verbinding gezocht wordt, kiest hij zelf voor het hooghouden van de liturgie als ritueel, waarin hij het eigene van de kerk bewaard ziet worden. Jilles de Klerk reageert op hetzelfde boek met de stelling dat de kerk ophoudt kerk te zijn zonder geloof in God. Hij wijst net als in zijn meditatie op het intrinsiek goede van de liefde. En Udo Doedens maakt zich in zijn commentaar meer zorgen om de gehoorzaamheid aan het Woord van God dan om de weerklank die de dominee vindt in de gemeente. Niels den Hertog zag de film De bezette stad, een ontregelende ervaring, met een hoopvolle slotscène in de synagoge: ‘In Amsterdam wordt de Schrift gelezen die spreekt van die God die zijn volk uit de slavernij bevrijdt en die een rijk van vrede en recht beloofd heeft.’
Gerben van Manen
In de Waagschaal, nr. 3, 2 maart 2024