Romeinen 7


 
Vs 2-4. De gehuwde vrouw is weliswaar aan haar man gedurende zijn leven door de wet verbonden. Maar als de man sterft, dan is zij buiten het bereik van de wet gekomen, die haar aan haar man bindt. Gedurende het leven van de man wordt zij dus tot echtbreekster, als zij van een andere man wordt. Maar als de man sterft, is zij vrij van die wet, zodat zij geen echtbreekster wordt wanneer ze een andere man toebehoort. Zo bent u ook, mijn broeders, door de dood uit het leven weggerukt, dat door de wet beheerst wordt, name­lijk gezamenlijk met het gedode lichaam van Christus, om zo van een ander te worden: van hem die van de doden is opgewekt, opdat wij een oogst voor God zouden zijn.

Een gelijkenis moet licht werpen op de diakritische betekenis van dat ‘zo­ lang hij leeft’ (7, 1). Het betekent: Ja, zolang hij heeft, maar slechts zolang hij leeft! In het begrip dood, dat staat voor dit leven en het omgrenst, ligt de be­slissing over zijn of niet-zijn van dat wat in dit leven ‘is’! Als nog niet gestor­vene kwalificeert de man zijn vrouw tot aan hem verplichte en gebonden echtgenote en voor het geval zij zich tot een andere man wendt als ontrouw, als echtbreekster. Als gestorvene heeft de man zijn vrouw vrijgegeven: door zijn dood is zij niet meer zijn echtgenote en in het geval dat ze zich tot een andere man wendt, is ze nietontrouw, niet echtbreekster: Dus, ook in de (215) zedelijk-juridische ordening van de huwelijksrelatie zit de mens vast aan een bepaalde mogelijkheid, zit hij vast aan het leven van wie hem bindt, van een contractpartner, van zijn echtgenote. Tot vrijheid van de binding aan deze bepaalde mogelijkheid komt het ook daar door de dood, namelijk door de dood van de echtgenote. Zonder deze dood heeft hij binnen de bestaande orde geen andere keus dan precies deze mogelijkheid met alles wat erop en eraan hoort. Door die dood krijgt hij binnen de bestaande orde de vrijheid een andere mogelijkheid te kiezen. In het begrip dood is dus ook hier het begrip gelegen van een radicale verandering, wending en ommekeer, een totale predikaatswisseling. Voorzover de gelijkenis. 

Pagina's: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10