Niks persoonlijks (commentaar)
“Dus je vindt dat jij als academicus een betere voorganger bent dan ik?” Slechts een enkele hbo-opgeleide theoloog sprak deze vraag expliciet uit, maar een dergelijk gevoelen was wel grosso modo de teneur van veel reacties die ik mocht ontvangen op het opiniestuk in Trouw dat ik met Marco Visser, Willem Maarten Dekker, Elsbeth Gruteke en Barbara de Groot schreef over de opleiding voor dienaren van het Woord. Was de slogan ‘het persoonlijke is politiek’ ooit bedoeld om terecht aandacht te vragen voor de systematische achterstelling van vrouwen (en minderheden), inmiddels is het andersom: elke poging tot politieke regulering wordt persoonlijk gemaakt.
Met die vraag kwamen mij de nachtelijke worstelingen voor de geest met de bijbeltekst van die week, de denkbeeldige inktpotten die ik vaak moet gooien in de richting van de spookgestalten van nee-schuddende gemeenteleden, lachende onkerkelijke vrienden en kritisch-kijkende academici. Juist in de ‘simpele’, kleine dorpsgemeente waarin ik stond was het a hell of a job om taal te geven aan gebeurtenissen in het dorp en in het persoonlijk leven van mensen – en die te verbinden met dat vreemde, liefdevolle Woord van de schriften. Met vaak een matig resultaat op zondag. En nu, in de complexe en ‘hoogopgeleide’ gemeentes waarin ik als gastpredikant voorga, is het eigenlijk niet veel anders. Prediking is altijd complex, zo veel is zeker.
Over dat weerbarstige Woord dat de kerk te bewaren en te verkondigen heeft, ging het op de afgelopen synodevergadering echter niet. Het ging over samenwerking, leiderschap, bovenplaatselijk management en complexiteit. De missie van scriba De Reuver is om God in de samenleving ter sprake te brengen. God? Er is geen subjectiever vuilnisvat dan dat woord – waarbij ieder het zijne denken kan en denken zal. De kerk wil terecht graag midden in de samenleving staan, maar de grote vraag is natuurlijk waarmee dan. Met God? Met ‘ons geloof’? Daarover ging het in de synode meer dan genoeg. Maar wie Paulus leest (ja in het Grieks, want de NBV verdonkeremaant dit aspect), weet dat niet zozeer mijn of ons geloof cruciaal is. Suzan Sierksma promoveerde onlangs op een ontdekking die in ‘Amsterdam’ al een halve eeuw gemeengoed is: namelijk dat het Griekse ‘pistis’ beter vertaald kan worden met ‘vertrouwen’ en dat het in de eerste plaats gaat om het vertrouwen van deze vreemde Naam in ons. Helaas is de kerk een bibelvergessene Kirche geworden en daardoor ten prooi aan allerhande subjectief gevoelde meningen (ook die van wo-theologen zoals ik!). Mag het persoonlijke weer iets politieker, en objectiever?
Mirjam Elbers
In de Waagschaal, nr. 8, 17 augustus 2024