Het wonder

logoIdW

 

HET WONDER

Twintig eeuwen geleden werden veel wonderverhalen verteld. De inhoud behelsde iets wat onverwacht was, iets wat redde uit de nood of iets wat herstel betekende van een vroegere, gelukkige toestand.

Omgekeerd zouden de mensen van eeuwen geleden zich mateloos verwonderen over zoveel zaken van onze tijd: radio, auto, vliegtuig, film, afijn veel te veel om op te noemen.

Als wij in ons gebed om een wonder vragen, is dat bedenkelijk. Dat heeft al gauw te maken met geforceerdheid, dat God moet doen wat wij zeggen. Wij doen er beter aan om onze vragen als open vragen aan God voor te leggen.

Ik sprak eens een dokter die vroeg: een menselijke nier heeft allemaal kleine kanalen voor het transport van vocht. Als je die kanaaltjes achter elkaar kon leggen, hoe ver kom je dan? – Antwoord: van Rotterdam tot Londen! Nou, is het geen wonder?

Als Jezus een gebied aanwijst waar je veel vis kunt vangen, dan zegt dat iets over zijn beheersing van de natuur, maar ook over zijn vermogen mensen te vinden die ontvankelijk zijn voor het evangelie.

Wanneer Hij geneest, waar hand, voet, oog of oor het hadden laten afweten, dan levert dat een wonderverhaal op. Jezus herstelt dan de oorspronkelijke toestand. Als je erover preekt, kun je het brengen als een verhaal over Meester en leerling.

Heel apart vind ik altijd het dochtertje van Jaïrus en de bloedvloeiende vrouw. Daar komt Jezus het dichtst bij het werk van onze huisarts. De vrouw kan niet rekening houden met zichzelf en het meisje durft geen vrouw te worden.

Mijn liefste wonder is te vinden 2 Koningen 4, de Sunammitische. Als haar zoontje in kritieke toestand is, denkt ze “Wie heeft mij indertijd dit kind beloofd? Dat was immers Elia?” Als ze het huis verlaat, vraagt haar man: waarom naar de profeet? Het is toch geen feestdag? Alleen de vrouw weet van de hoogspanning die er nu tussen haar en de profeet bestaat.

Ik eindig met een komisch wonder. Uit de musical Anatevka. De schoonzoon van Tevje is kleermaker met naald en draad. Maar dan kan hij ineens een tweede hands naaimachine op de kop tikken. Dat ding is een wonder! Hij gaat er een heel lied over zingen.

Gelukkig de mensen die oog hebben voor alle wonderen om ons heen. De donkere kant van ons leven is er, maar ineens is er ook de nachtegaal, de fluit of het vergezicht in de Alpen.

Bernard Prakke