Karl Barth in twee stukjes

logoIdW

De Barthstichting heeft een gelukkige hand gehad bij de keuze van Barths lezingen die ze in haar nieuwe brochure in vertaling voorlegt. Het betreft namelijk twee lezingen die elk een ander gezicht van Barth laten zien. In een referaat uit 1937 verschijnt hij ‘geharnast in ’t veld’ tegenover de nazi-dictatuur, als vijand. In een voordracht uit begin 1945 komt hij naar voren als een Zwitser die zich bijna verlegen afvraagt hoe hij na de oorlog de Duitsers onder ogen kan komen, als vriend. En dat verschil dringt door tot in vormgeving en aanspraak toe.

De harde kern van de zaak

De tekst uit 1937, een primeur, omdat de Duitse uitgave nog moet verschijnen, is een voordracht voor een Bazelse vakbond die geïnformeerd wilde worden over ‘De Duitse kerkstrijd’. In enkele lijnen wordt het Europese ideologische speelveld geschetst. Het is de cultuur van de moderniteit op de overgang van liberale macht naar autoritaire macht. Op die wisseling van machten staat de volgeling van Jezus Christus en tekent verzet aan tegen de totalitaire pretenties, zowel die van het liberalisme als die van de huidige autoritaire variant. Deze volgeling heeft geen alternatief. Christus is Heer, dat is de werkelijkheid, waarop de aanspraken van staat en cultuur keihard stoten. Jezus Christus is de harde kern van de zaak. We horen hier de taal van de dialectiek en van de fenomenologie (‘die Sache’). De voordracht komt over als een groot gebaar. Het gaat over geweldige en gewelddadige bewegingen die Europa verzwelgen en het vraagt van de hoorder een duidelijke keuze. Besluiteloosheid is geen optie.

Verzoende nazi

De tweede tekst is uit begin 1945, wanneer het einde van de oorlog in zicht is. Reeds in de titel horen we dat het hier niet zal gaan over machten, bewegingen en zaken, maar over mensen: ‘De Duitsers en wij’. Barth probeert mensen in beeld te krijgen, Duitsers en Zwitsers, en weet zelf nog niet goed of hij dat wel kan. Hij gaat het proberen. Wie zijn voor ons ‘de Duitsers’ in de nadagen van WO II? Hoe kijken wij als Zwitsers nu tegen hen aan? Het ligt voor de hand om hen te zien als vijand, wat meer is als vijand van de menselijkheid, als verachte misdadigers. En hoe zullen we ze na de oorlog aantreffen? Uiteraard als losers. Toch? Barth probeert deze beelden door te prikken. Het zijn typisch vijandsbeelden en dan ook nog eens beelden die wij als overwinnaars koesteren. Hij vraagt zich af of het mogelijk is om zoekend en tastend de Duitsers in het gezicht te kunnen zien, zoals ze werkelijk zijn. Hij vraagt zich bovendien af wat wij hen verplicht zijn. Categorische veroordeling en wraak zijn contraproductief. Maar is het mogelijk om ze te benaderen als vrienden? Jawel, als we dan maar kritisch blijven. De Duitsers komen niet weg met een paar verhullende opmerkingen over enkele fouten die ze gemaakt hebben. Er is teveel gebeurd dat niet goedgepraat kan en mag worden. Zo is Barth bezig zijn positie tegenover de Duitsers te verkennen. Maar dan komt de wending. Hij gaat – als in een psychodrama – in de schoenen staan van een Duitser en kijkt met diens ogen naar zichzelf als Zwitser – en dan ziet hij zichzelf als burger van een zwalkend staatje, dat onafhankelijk wilde blijven maar lange tijd welwillend tegenover het fascisme stond en dat het Hitlerregime zelfs steunde. En wil deze Zwitserse professor nu ineens de Duitsers de les lezen?  En dan – nog schokkender – stelt hij zich voor hoe die Duitser in het licht van Gods rijk, het woord te horen krijgt van de vergeving van Jezus Christus en van de verzoening. Een bijna onverdraaglijk beeld van een verzoende nazi rijst op! Op dat moment wordt Barth zelf betrokken in een totale omwenteling. Hij bevindt zich zelf samen met de Duitsers in dezelfde beweging, die van de omkeer. Hij moet zijn oude positie verlaten om de weg van het nieuwe leven te vinden. Deze voordracht van Barth is één grote, hondsmoeilijke communicatieve oefening waarbij we leren om het ‘wij-zij’ denken te verlaten en om op zoek te gaan naar een ‘wij’. Het is een voorbeeld van verbindend spreken. Maar deze weg van inclusiviteit is onbegaanbaar, tenzij in het licht van de Messias.

Twee kanten van dezelfde Barth

Het is van belang om deze twee kanten van Karl Barth onder ogen te zien. Hij demonstreert dat hij zijn strijdbare positiekeuze als dialectisch theoloog van voor de oorlog niet zonder meer kan herhalen in de tijd van de chaos na WOII. Als hij dat zou doen, dan zou hij niets anders bereiken dan een bevestiging van zijn eigen gelijk. Hij zou dan gewoon de oorlog voortzetten, maar dan met andere middelen! Hij beseft dat er voor hem geen alternatief is dan de weg van omkeer en van communicatie, waarbij hij in de schoenen van de ander moet durven staan – ook en juist als die ander de vijand is – en waarbij hij ook zichzelf in een ander, weinig vleiend licht moet durven zien. Nogal een verschil! In 1937 had hij een duidelijk verhaal: dit is de keuze en dit is de weerstand die van u wordt gevraagd! In 1945 komt hij met een ontregelend verhaal: we kunnen na WOII als overwinnaars niet verder komen als we niet bereid zijn om op de plaats van de vijand te gaan staan en daar samen de omkeer te voltrekken. Het zijn twee heel verschillende kanten – van dezelfde Karl Barth.

Studiedag

Ik wijs op deze verschillende positiekeuzes met het oog op het plan van de Barthstichting. De Stichting kondigt in haar brochure namelijk een studiebijeenkomst aan over de houding jegens de democratie in deze tijd van populistische minachting, ideologische leegte en kerkelijke onverschilligheid. Ze legt ons deze teksten voor als voorbeeld, niet om te kopiëren wat er toen in de jaren dertig en veertig is gezegd, maar om de houding in te oefenen: waar je als getuige van Jezus Christus staat in het politieke debat van onze eigen tijd. De titel van de brochure is dan ook niet voor niets: ‘Wij zijn zelf in geding!’ Ter voorbereiding op die studiedag – ik neem aan als het Covid-virus geweken is – is het goed om het geweten te slijpen aan de hier gedemonstreerde beweeglijkheid van Karl Barth.

De vertalingen laten zich met plezier lezen – en ieder die weet hoe moeilijk het is om Barths teksten te vertalen, begrijpt dat hier een niet geringe prestatie is geleverd. Rieke den Hertog- van ’t Spijker tekent voor de vertaling van ‘De Duitse kerkstrijd’ en Gerard den Hertog bewerkte een vertaling van ‘De Duitsers en wij’, die al in 1946 was verschenen, en verzorgde de aantekeningen bij beide lezingen en ook het nawoord, waarin een verrassend en onthullend beeld wordt geschetst van de kerkstrijd.

Maarten den Dulk

Wij zijn zelf in geding!

Twee lezingen van Karl Barth over Duitsland voor een Zwitsers gehoor (1937, 1945)

Brochure no. 2 – Karl Barth Stichting 2021

Te bestellen via info@karlbarth.nl. U betaalt slecht de verzendkosten, maar een bijdrage voor de Stichting is welkom. De studiedag staat voorlopig gepland voor 11 oktober 2021 te Woerden.

In de Waagschaal, jaargang 50, nr. 4. 3 april 2021