Het gaat om het leven
HET APPÈL van Dr. Albert Schweitzer op de mannen van de wetenschap: laten zij de mensheid de waarheid zeggen over de voorbereidingen tot de atoomoorlog en de daarmee geopende perspectieven, is niet ongehoord gebleven.
De physici, als de in deze zaak betrouwbare vakmensen — laatst de achttien vooraanstaande Duitse vertegenwoordigers van deze wetenschap -— hebben ons de waarheid, zoals zij die op grond van hun wetenschappelijke kennis zien, gezegd. Ik vat samen:
1) Wat men tegenwoordig kleine of tactische atoombommen noemt, zijn wapens, wier uitwerking die van de in1945 op Hiroshima afgeworpen atoombommen gelijk komt.
2) Er zijn geen technische mogelijkheden, grote bevolkingsgroepen tegen de verdelgende uitwerking van de grote waterstofbommen en evenmin tegen die van de andere kleine wapens afdoende te beschermen.
3) Bij het voortgaan van de zogenaamde atoomproeven zal in afzienbare tijd de radioactieve besmetting van de aarde zo ver zijn voortgeschreden, dat overal gevaar voor het leven bestaat.
DE PUBLICATIE van deze waarheid is door de hoge politieke autoriteiten en de grote politieke pers gekwalificeerd en behandeld als onbevoegde inmenging op een gebied, waarop zij zich als de uitsluitend bevoegden beschouwen. Men troost ons ermee, dat de pogingen tot een gecontroleerde ontwapening op het gebied van de atoomwapens zullen worden voortgezet. Men laat er echter geen twijfel over bestaan, dat de voorbereidingen tot een atoomoorlog met insluiting van practische atoomproeven intussen voortgang zullen hebben. Wij kunnen ons nu nog alleen van hen, die de publieke macht en het publieke woord hebben, op de mensen beroepen: Zij moeten zich deze afwijzing en deze troost niet laten welgevallen. Zij moeten de zaak in eigen handen nemen. Zij moeten hun regering en hun pers met alle middelen te verstaan geven, dat zij niet willen verdelgen en niet willen verdelgd worden: ook niet ter verdediging van de vrije wereld, ook niet ter verdediging van het socialisme! Zij moeten degenen, die in het Westen en in het Oosten de verantwoordelijkheid dragen, een halt toeroepen, zodat hun de oren tuiten.
HET MOET UIT zijn met de voorbereiding van een oorlog met wapens, die hem voor allen die er bij betrokken zijn apriori zinloos maken. Het moet uit zijn met de wederzijdse bedreiging, van zulke wapens gebruik te zullen maken. Het moet dadelijk uit zijn met de klaarblijkelijk reeds in vredestijd voor ons allen levensgevaarlijke experimenten! De mensen in het westen en in het oosten moeten in opstand komen tegen deze waanzin, die in deze zaak aan de gang is. Zij moeten daarmee een politieke daad van de eerste rang bedrijven, waarmee ook de regeringen en de pers rekening zullen moeten houden. Het gaat niet om principes, ideologieën en systemen. Het gaat niet om machtsvragen. Het gaat om het leven. Het gaat om de mensen. Zij moeten de zaak van het meest primitieve gezonde verstand tot haar recht laten komen.
DAT IS HET, wat ik met het oog op de door de verklaring der atoomphysici in het leven geroepen situatie te zeggen heb.
KARL BARTH
DIT GETUIGENIS van Karl Barth, opgenomen in „Stimme der Gemeinde” van l mei, moet ook in Nederland gehoord worden.
J. J. BUSKES Jr.
(In de Waagschaal, jaargang 12, nr. 33. 11 mei 1957)