De herbewapening van Duitsland

logo

 

 

(Enkele dagen voordat de Franse Nationale Vergadering het verdrag der E.D.G. (Europese Defensie Gemeenschap) van de hand wees, heeft de Oost-Berlijnse “Deutschland-sender” een interview uitgezonden met Prof. Dr. Karl Barth. In dit interview sprak de Baseler hoogleraar zich tegenover de reporter Duchnow uit tegen de herbewapening van Duitsland en over de EDG. De volledige tekst van dit gesprek geven wij hier in vertaling weer. Red.)

Gewaagd naar zijn mening over de EDG, antwoordde Prof. Barth : „Ik zie in de gehele zaak der EDG een ernstig gevaar voor de toekomst en steeds wanneer iemand mij naar mijn mening daaromtrent vroeg, heb  ik mijn bezwaren uitdrukkelijk naar voren gebracht.”

Prof. Barth zeide: „ik heb mij tegen de EDG verzet, en daar wil ik drie redenen voor noemen, omdat ik het voor onzedelijk moet houden, dat, nadat de oorlog gevoerd werd met het doel Duitsland te ontwapenen, de overwinnaars na zo weinig jaren menen, dat zij tot het besluit moeten komen, dit ontwapende Duitsland maar weer te bewapenen.

In de tweede plaats zie ik het als een gevaar voor Europa en voor de wereld, indien een Duits militarisme in welke vorm ook – ik wil het nog concreter zeggen: dat een Duitsland als militaire macht opnieuw realiteit wordt. Wij hebben ondervonden wat dit betekent en dat mag niet opnieuw werkelijkheid worden.

In de derde plaats kan ik de EDG slechts als een uitdaging van Rusland zien en daardoor als een oorlogsgevaar. Op grond van deze drie argumenten ben ik van het begin af aan een tegenstander der EDG geweest. Ik verheug mij er over, dat ik mij hierin één weet met niet weinige Duitsers.”

Vraag: „Wij weten, professor, zoals de gehele wereld dat weet, dat u één der meest besliste tegenstanders van het Hitler-fascisme geweest zijt en van de oorlog, die Hitler gevoerd heeft en dat u menig risico op u hebt genomen ter wille van de waarheid en van de vrede. Ook uw publicaties zijn ons bekend, uw voordrachten en uw verhelderende arbeid, ook na 1945 tegen het fascisme en zijn systeem. Wij weten evenwel ook, wat men Adenauer en zijn systeem verwijt. Wat denkt u over Adenauer en over het feit, dat zich in zijn naaste omgeving weer vele prominente medewerkers van Hitler bevinden ?”

Antwoord : „Voor zover dat het geval is, en helaas schijnt dit het geval te zijn, spreekt het vanzelf, dat ik niet vóór maar tegen Konrad Adenauer zijn kan.”

Vraag: „U bent tegen de EDG. Indien ik het goed begrepen heb, bent u voor een neutralisering en tegen een opsplitsing van Europa in verschillende blokken, in verschillende groepen?”

Antwoord:  “Ik ben tegenstander van elke groepspolitiek van die aard. Het komt mij voor, dat het alternatief voor de EDG is een internationaal vredesverdrag, dat de nodige garanties verzekert voor de neutralisering van Duitsland, Ik heb nimmer kunnen inzien, waarom deze mogelijkheid van te voren moest worden afgewezen. De voorwaarden en zelfs ook de garanties zouden dan te overwegen zijn en hiertoe zou door een knappe diplomatie het apparaat gemaakt moeten worden. Ik ben geen politicus, maar ik zou toch willen weten, of schrandere politici aan beide kanten niet in staat zouden zijn een dergelijke situatie tot stand te brengen

Vraag: „Van bepaalde westelijke zijde werpt men het argument in de waagschaal, dat Duitsland dan een vacuüm zou zijn.”

Antwoord: „Juist tegen deze voorstelling en tegen de met deze voorstelling aangeduide mogelijkheid zou door een zinvol vredesverdrag – ik zeg met nadruk: met sterke garanties – door beide zijden het nodige gedaan moeten worden. Zwitserland is ook neutraal. Maar het is geen vacuüm en ik zie niet in waarom ook niet Duitsland op een andere wijze als Zwitserland, zonder een luchtledig te worden, een neutrale staat zou kunnen worden”.

Tenslotte verklaarde Prof. Barth, dat voor hem “de vrede op aarde onafscheidelijk verbonden is met datgene, wat in de Bijbel vóór dit woord van vrede op aarde staat: „Ere zij God in de hoge.”

(In de Waagschaal, jaargang 10, nr. 2, 9 oktober 1954)