Gebeden
GIJ ZIJT HET LEVEN Pasen
1.
Heer onze God! Hier zijn we, om voor uw aangezicht en met elkaar Pasen te vieren: de dag waarop Gij uw beminde Zoon, onze Heer Jezus Christus, ons geopenbaard hebt als de levende Heiland, die al onze zonden en daarmee al onze menselijke ellende en bovendien onze dood op zich genomen heeft, in onze plaats geboet en gedragen heeft, en voorgoed afgedaan en overwonnen.
Wij weten heel goed waar we aan toe zijn. En Gij weet het nog veel beter. Maar wij komen U danken voor de vrijheid die we hebben om niet naar onszelf te kijken, maar op te zien naar U, die zoiets wonderlijks voor de wereld en voor ons allen gedaan hebt. Laat ons nu oprecht spreken en luisteren – opdat het uw waar woord zij dat ons nu regeert, beweegt en vervult – opdat het ons allen moge troosten, bemoedigen en vermanen – opdat onze armzalige lof U aangenaam zij.
Laat dat onder ons gebeuren, maar ook overal elders in stad en land, dichtbij en veraf: overal waar mensen vandaag bijeenkomen om de belofte van de opstanding en van het leven te vernemen en aanvaarden. Zie genadig neer op uw volk. Amen.
2.
Heer, God onze Vader door Jezus Christus uw Zoon in de kracht van uw Geest.
Geef toch licht aan onze ogen, opdat we uw licht, het helder schijnende licht der verzoening zien mogen. Want dat is het ergste, als men midden op de dag het licht niet zien kan. Bevrijd ons van die ramp: ons en alle christenen die hoe dan ook Pasen vieren – de hele mensheid, die nog steeds zo verward en bedreigd is, hier en ver weg.
Zegen wat er gebeurt om getuigenis af te leggen van uw naam, van uw rijk, van uw wil, hier in onze kerk, maar ook elders, in de kerken die nog van ons gescheiden zijn en in alle gemeenschappen. Regeer ook alle oprechte pogingen van de burgerlijke overheid, de bestuurders en rechters, hier en in heel de wereld. Sterk de leraren in hun besef van de grote opdracht die ze hebben tegenover de opgroeiende jeugd. Sterk de journalisten in het besef van hun zware verantwoordelijkheid voor de publieke mening die zij beïnvloeden. Zegen de dokters en verpleegsters en sterk hun trouwe aandacht voor de behoeften van hun patiënten. Vervang Gij met uw troost, uw raad, uw hulp, wat wij aan de eenzamen, zieken en verdwaalden schuldig blijven. En laat zo uw erbarmen ook aan allen die in dit huis zijn en aan al hun bloedverwanten openbaar en machtig worden. Wij leggen alles wat ons ontbreekt en wat de wereld nodig heeft in uw hand. Wij hopen op U. Wij vertrouwen op U. Gij hebt nog nooit uw volk beschaamd als het U aanriep. Wat Gij begonnen hebt, zult Ge ook voltooien. Amen.
3.
Heer God, onze Vader! Gij zij t het licht waarin geen duisternis is. En nu hebt Ge ook voor ons een licht ontstoken dat niet meer uitdoven kan en tenslotte alle duisternis verdrijven zal. Gij zijt de liefde zonder kilte. En nu hebt Ge ook ons bemind en ons vrij gemaakt om U en elkaar te beminnen. Gij zijt het leven dat geen dood kent. En ook ons hebt Ge zulk een eeuwig leven in het vooruitzicht gesteld. In Jezus Christus, uw Zoon, onze broeder, hebt Ge dat alles gedaan. Laat niet toe dat wij, dat iemand van ons tegenover deze gave en openbaring bot en onverschillig blijft. Laat ons op deze morgen van Pasen minstens een beetje van de rijkdom van uw goedheid gewaar worden. Laat iets daarvan binnendringen in ons hart en ons geweten, laat het ons verlichten, oprichten, troosten en vermanen. We zijn allemaal maar kleine christenen, geen grote. Maar uw genade is ons genoeg. Wek in ons dus dat beetje vreugde en dankbaarheid op, waartoe we in staat zijn. Wek in ons het schuchtere geloof op, dat we kunnen opbrengen. Wek in ons de onvolledige gehoorzaamheid op, die we U niet weigeren kunnen. En wek daarmee in ons de hoop op het grote, het volkomene, dat Gij voor ons allen bereid hebt in het sterven van onze Heer Jezus Christus en ons beloofd hebt in zijn opstanding uit de doden. Laat dit uur ons daartoe dienen, daarom smeken wij U. Amen.
4.
Gij ene, Gij onze enige God, sterk in uw goedheid, heilig en heerlijk in al uw daden! Wij komen nogmaals tot U als mensen die U niets te bieden hebben dan ons getuigenis dat we willen leven van uw grote vrije barmhartigheid. Wij danken U, omdat Gij ons daartoe uitnodigt en aanmoedigt dat te doen. Gij vergeet ons niet -zorg dat wij U niet vergeten. Gij wordt niet moede -zorg dat wij niet slaperig worden. Gij kiest en wilt wat voor ieder van ons goed en heilzaam is – bescherm ons tegen ons eigengereid willen en kiezen. Wij willen ook de zorgen, vragen en noden van de vele anderen voor U brengen. Gedenk allen die in dit huis of ergens anders gevangen zitten. Gedenk ook onze bloedverwanten, ver en nabij. Verkwik en troost naar lichaam en ziel de zieken en behoeftigen, vooral hen die geen vrienden of helpers hebben. Help de vluchtelingen en verdrevenen en allen die onrecht lijden in heel de wereld. Onderricht hen die onderricht geven, regeer hen die bestemd en geroepen zijn om te regeren. Zorg dat er blije en moedige getuigen zijn voor uw evangelie in alle kerken, ook in de katholieke kerk en in de vrije gemeenschappen. Begeleid en verlicht de missionarissen en de jonge gemeenten die ze dienen willen. Laat allen die op U hopen nog werken zolang het voor hen dag is en zegen alle ernstige pogingen van degenen die U niet, nog niet of niet goed kennen. Gij verhoort hen wier hart oprecht is. Maak ook ons oprecht, opdat Ge ook ons verhoren zult.
Gij waart God van eeuwigheid, Gij zij t het nu, en Gij zult het zijn. Wij zijn blij dat we op U bouwen en vertrouwen mogen. Amen.