Afscheid van een decennium
Precies tien jaar geleden schreef ik mijn eerste ‘Commentaar’ voor In de Waagschaal. Het ging over het Christelijk onderwijs, dat ook toen onder vuur lag. Ik schreef over het belang van het Christelijk onderwijs en opponeerde tegen bezwaren uit seculiere hoek. Om uiteindelijk te vrezen dat het Christelijk onderwijs vooral van binnenuit erodeert. Vandaag zou ik het niet heel anders schrijven. Dat zegt iets over mij, maar het zegt ook iets over het afgelopen decennium. Het was geen decennium van grote veranderingen in Nederland. De economische crisis werd braaf – te braaf – uitgezeten. De Islamitische terreur golfde op en werd met geluk en vakkennis onderdrukt. Maar beide leidden niet tot grote maatschappelijke verschuivingen.
De problemen waar onze samenleving het komende decennium voor staat zijn groter. We gaan merken wat het betekent dat de VS een onbetrouwbare bondgenoot geworden is. De klimaatverandering zal voor grote tegenstellingen zorgen. Toch ben ik optimistisch. Bij de goed opgeleide liberaal-progressievelingen – de klasse waar onze samenleving steeds meer op steunt – bestaat een groeiende bereidheid om wel grote veranderingen door te voeren. In partijtoppen wordt afscheid genomen van een niet-sturende overheid. Het besef breekt door dat Nederland en de EU meer dan ooit een eigen ‘Rijnlandse’ samenleving moet zijn, met heldere rechten voor werknemers. Bovenal begint door te dringen hoe groot de opgave is om tot een klimaatneutrale economie te komen. Zelfs het woord utopie is niet meer besmet. Al blijven mijn zorgen of deze liberaal-progressieve klasse zich voldoende kan inleven in de ideeën en zorgen van mensen buiten hun bubbel.
Voor de kerk ben ik minder optimistisch. In het publieke debat lijkt het nauwelijks mogelijk om tegen vooroordelen en religieuze ongeletterdheid op te boksen. In steden en forensenplaatsen zijn er vaak nu al geen kinderen meer in de kerk. Over enkele jaren zal de generatie die nog in een volop kerkelijke samenleving opgroeide ouder dan zeventig zijn. Met hen verdwijnen veel ambtsdragers en vrijwilligers. Naar de mens gesproken zal de kerk een stuk harder gaan krimpen dan de afgelopen jaren. Positief is dat de kerk grote stappen gezet heeft in de interne organisatie en in het nadenken over de toekomst. Er is een missionaire beweging van de grond gekomen die misschien niet veel zieltjes wint, maar wel zorgt voor nieuw elan in de kerk. Zo kan de kerk een waardevolle plaats en een zuivere stem blijven.
Coen Wessel
In de Waagschaal, jaargang 48, nr. 12. 7 december 2019