Het zionisme van Abel Herzberg
HET ZIONISME VAN ABEL HERZBERG
In de zionistische beweging in Nederland heeft Abel Herzberg (1893-1989) in de vorige eeuw een vooraanstaande rol gespeeld. In dit artikel vat ik zijn interpretatie van het zionisme samen. Het kan een leidraad zijn om onze eigen positie te bepalen.
Kern van het zionisme
Zonder enige restrictie noemt Herzberg het zionisme een emancipatie, een bevrijdingsbeweging. Het is een beweging die aan het joodse volk trots en eigenwaarde gegeven heeft. Hij schroomt dan ook niet om de zionistische beweging te vergelijken met de ‘black power’ beweging in Amerika. Om deze opvatting te begrijpen moeten we de achtergrond waartegen Herzberg schrijft beschrijven. Dat is niet de West-Europese van voor de Tweede Wereldoorlog. Dat is een wereld waarin de joden, weliswaar niet altijd volledig geaccepteerd, maar toch in betrekkelijke rust leven. Herzberg verwijst vooral naar de talloze verschrikkelijke progroms in Oost Europa. Daar wordt zichtbaar dat het joodse volk een door de eeuwen heen eindeloos gemarteld volk is. Dan moet de catastrofe van 1939-1945 nog komen.
Het zionisme is voor Herzberg het alternatief voor de tot dan toe meest gangbare joodse reactie: de assimilatie. Joden proberen zich aan te passen aan de bestaande samenleving, daarin onder te duiken zodat zij niet langer als jood zichtbaar zijn. Deze keuze maakte de overgrote meerderheid in het Nederland van voor de oorlog. Om die reden was het zionisme in Nederland voor WO II nauwelijks populair bij joden.
Herzberg toont met pijnlijke precisie aan, dat deze overlevingsstrategie: het pogen om onzichtbaar te worden, tot niets leidt. Ook de meest geassimileerde Duitse jood werd in de oorlog in Duitsland als jood geïdentificeerd en vergast. Dat risico is in elke situatie opnieuw aanwezig. Wie als jood geboren wordt, is tot in alle eeuwigheid getekend, vaak tegen wil en dank. Cynisch merkt hij daarover op: “Wij assimileren. Wij worden gehaat en assimileren, en als we goed geassimileerd zijn worden wij goed gehaat.” (110)
Herzberg kiest er voor het jood-zijn positief te waarderen. Het zionisme geeft aan de gediscrimineerde en vervolgde jood zijn gevoel van eigenwaarde, zijn identiteit terug. Daarom is het zionisme de centrale aangelegenheid van het joodse bestaan. Na WO II ontstaat er in de westerse samenleving begrip voor het zionisme, hoewel dat niet echt diep verankerd is.
Deze opvatting van zionisme krijgt reliëf als we daarbij de fronten betrekken waartegen Herzberg zijn leven lang strijdt. Het eerste hebben we al genoemd: assimilatie. In dat verband nog één opmerking. Het is voor Herzberg heel goed mogelijk om als jood burger te zijn van het land waar je woont. Er is geen sprake van een dubbele loyaliteit. Zijn eigen lange leven is er een voorbeeld van. Nederlandse joden hebben een vaderland, nl. Nederland, maar – en daar gaat het in het zionisme om – het joodse volk heeft dat niet.
Het tweede front waar Herzberg strijdt is de religie. Na WO II verandert ook de houding van het religieuze jodendom. Was het voor WO II anti-zionistisch, na de oorlog wordt het in de woorden van Herzberg superzionistisch. Het zionisme wordt dan religieus onderbouwd. Daar verzet hij zich krachtig tegen. Voor Herzberg is het zionisme een seculiere beweging. We verlangen niet naar een eigen staat in Palestina omdat dat in de bijbel zo beschreven staat. We verlangen naar een joodse staat omdat die de uitdrukking is van de eenheid van het joodse volk. Daarmee komen we bij het tweede doel van het zionisme. Naast de accentuering van de joodse identiteit is dat de vorming van een joodse staat.
De joodse staat
In het zionisme van Herzberg zijn de joodse staat en de joodse identiteit onverbrekelijk met elkaar verbonden. Hij doet in dit verband dan ook radicale uitspraken. ‘Wie de jood wil treffen, maar dat niet kan, ontdekt dat hij zijn wapens moet richten op de jodenstaat’ en ‘Alleen een eigen joodse staat kan de jood redden. Zo’n staat is noodzakelijk voor het zelfbewustzijn’. Dit soort uitspraken zijn alleen te begrijpen als we de kern van zijn opvatting van zionisme vast houden. De door hem bepleite emancipatie van joden kan niet zonder een eigen staat. Aan het bedreigde volk wordt een vaderland gegeven. Zonder zo’n staat is en blijft elke jood in de wereld een ongedekte cheque. ‘Zonder zo’n strategische basis in de wereld om ons te verdedigen zijn wij weerloos.’ Daarom blijft hij, ook als hij kritiek heeft op de Israëlische politiek, pal staan achter het bestaan van een joodse staat. Zonder zo’n staat keert de situatie van weleer terug. Dat is voor hem de situatie van mogelijke progroms en vergassing. Een joodse staat voorkomt dat joden weer afhankelijk worden van de goede wil van anderen. Dat geldt voor alle joden, ongeacht waar zij wonen. Als het er op aankomt, moeten zij kunnen terugvallen op de bescherming van deze staat.
Dat verklaart ook zijn felheid als in het debat na de vestiging van de joodse staat Israël beticht wordt van kolonialisme. Hij bestrijdt dat als een miskenning van de motieven om deze staat te stichten. Deze is niet gesticht om Westerse, Amerikaanse belangen te verdedigingen. Zij is niet gericht op het onderdrukken van andere volken; zij is gericht op het oprichten van het joodse volk uit de vernedering. Dat is niet anti andere volken, maar dient ook ten dienste van hen te zijn.
Ook nu strijdt Herberg op twee fronten, die ongeveer parallel lopen met de eerder genoemde. Hij verzet zich krachtig tegen voorstellen waarin gepleit wordt voor een staat in Palestina waar joden en Palestijnen gezamenlijk het bestuur uitoefenen. Concreet betekent dat dat de joodse staat opgeheven wordt. Joden worden dan weer afhankelijk van de goede wil van anderen. Vroeg of laat, dat is zijn overtuiging, leidt dat toch weer tot vervolging. Daarom is het opheffen van de joodse staat voor Herzberg onbestaanbaar. Zo’n voorstel doet afbreuk aan de joodse identiteit waar hij als zionist juist voor strijdt.
Nog krachtiger verzet hij zich evenwel tegen de groot-Israël gedachte. Daar moet hij niets van hebben. Dat is een recept voor oorlog. De motivering voor dat ijveren is religieus bepaald. Hij bestrijdt dat soort zionisme dat bij joden, maar ook bij veel christenen aanwezig is, fel. Het is een gevaar voor de joodse staat. Het gaat in het zionisme als seculiere beweging niet om de vervulling van bijbelse visioenen, maar om de vestiging van een voor joden veilige thuisbasis in de wereld.
Actualiteit
Herzberg heeft lang genoeg geleefd om te zien hoe zijn zionistische ideaal van een joodse staat in de actualiteit uitwerkte. Lang is hij er van uitgegaan dat Arabieren/Palestijnen van deze staat niets te vrezen hadden. Hij keert zich dan ook in stevige bewoordingen tegen het joodse verzet en terreurgroepen, die voor de vestiging van de staat actief zijn. De te vestigen joodse staat dient deze ‘terreur’ te beteugelen. Kenmerkend voor deze tijd is zijn uitspraak dat de joden koloniseerden met geest en niet met geweren en kanonnen. Om daar dan bitter aan toe te voegen: we kregen geweld.
Later schuwt hij niet om forse kritiek te uiten op de Israëlische politiek. Dat doet hij vanuit de kern van zijn zionistische overtuiging: de noodzaak van de joodse staat. Zijn angst is dat die staat juist door de gevoerde Israëlische politiek ondermijnd wordt en dus in gevaar komt. Hij doelt dan met name op de nederzettingenpolitiek, die hij een provocatie noemt. Ook de Israëlische machtspolitiek waardoor Palestijnen (Arabieren) vernederd worden, kritiseert hij fel. De joodse staat is een realiteit, maar kan alleen overleven als haar belangen parallel lopen met die van de Palestijnen. In de loop der jaren krijgt hij steeds meer oog voor die belangen. Vrede sluit je niet met vernederde mensen, maar met mensen met zelfrespect. Vrede is pas mogelijk als het rechtvaardigheidsbeginsel van beide partijen erkend wordt. Als dat gebeurt, moet er een compromis tussen beide partijen mogelijk zijn.
Voor Herzberg is dat de sleutel voor de oplossing van het conflict tussen joden en Palestijnen. Hij komt op voor het joodse nationalisme. Zeker, maar hij heeft terdege ook oog voor het Arabisch nationalisme. Het één kan en mag niet tegen het ander uitgespeeld worden. Deze dubbelheid vraagt hij ook van degenen die opkomen voor het Arabische/Palestijnse nationalisme. Terecht als zij er voor opkomen, maar als het daarbij blijft en er dus niet tegelijk opgekomen wordt voor het joodse nationalisme, komt hun pleidooi onder de verdenking te staan van anti-semitisme. Dat gevaar blijft altijd virulent in onze wereld aanwezig. Concreet betekent dat dus dat het rechtvaardigheidsbeginsel van joodse kant zoals dat door het seculiere zionisme onder woorden gebracht wordt, onderkend wordt. Wanneer dat niet gebeurt, komt zo’n compromis niet dichterbij.
At Polhuis
(Citaten zijn ontleend aan de vuistdikke biografie van Abel Herzberg: Een wijze ging voorbij.
Deze biografie werd geschreven door Arie Kuiper en verscheen in 1997 bij Querido, Amsterdam)