The weeping camel
THE WEEPING CAMEL
De documentairefilm The Story of the Weeping Camel van de jonge filmmakers Luigi Falorni (Italië 1971) en Byambasuren Daraa (Mongolië 1971) voert ons mee naar de onherbergzame Gobi-woestijn in Zuid-Mongolië. De film vertelt het verhaal van een Mongoolse nomadenfamilie, die in tenten woont en schapen en kamelen hoedt in een majestueus landschap. In de winter is het er bitter koud en houden sneeuwstormen de familie, bestaande uit drie generaties, opgesloten in hun vilten tent, waar de tekenen van beginnende modernisering oprukken, een radio en een krakkemikkige tv, maar waar hoofdzakelijk verhalen verteld worden. Verhalen van oudsher. Nomadenverhalen.
Albino
Als eindelijk het voorjaar is aangebroken, helpt de familie de kamelenkudde bij de bevalling van de moederdieren. Een van de kamelen heeft een bijzonder gecompliceerde bevalling. Uiteindelijk wordt haar kalf geboren, een zeldzaam wit albino kalf, dat echter door het moederdier verstoten wordt. Het gaat de kijker aan het hard. De natuur is wreed.
Maar de nomaden laten het er niet bij zitten. De rest van de film volgen we de pogingen van de familie om het albino kalf van de dood te redden. Dit kan alleen door moeder en dochter alsnog te koppelen. De poging hiertoe maakt het verhaal van The Weeping Camel, dat als een lyrisch sprookje aanvoelt. Het is een intelligente documentaire met narratieve verhaallijnen, afgeleid van het plot en centrale drama: hoe wordt het kalf alsnog aan zijn moeder gekoppeld?
Geweld
De mannen van de familie proberen het met geweld. De poten van het moederdier worden aan elkaar gebonden, zodat het haar kalf niet kan vertrappen en het de kostbare moedermelk kan drinken. Maar de afkeer van het moederdier tegen haar kalf is zo groot, dat dit niet lukt. Ze stort al haar energie in haar afweer, waardoor verschillende pogingen mislukken. Het is een boeiend gevecht, dat raakt aan de universele taal van het hart. Zonder acceptatie en zonder koestering is er geen leven, geen toekomst. Maar deze ‘zachte’ krachten laten zich niet dwingen. Er is in de liefde geen dwang. Zo wordt de kijker meegenomen, via het raam van een kamelendrama, naar oervragen van de menselijke beschaving. Affectiviteit en acceptatie bergen leven in zich, maar ze laten zich niet dwingen, met geweld.
Muziek
Dan familie stuurt dan de zoon van de familie erop uit naar de stad. De camera volgt zijn tocht op de brommer door het eindeloze landschap. In de stad gaat hij op zoek naar… de muziekschool. Er moet een violist gevonden worden. De familie kent er nog een van vroeger. Hij was de leraar van zijn vrouw, die mooi kan zingen. Wat is de rol van de musicus in het verhaal? En kan de stad iets bijdragen aan het leven in de woestijn? Dat wordt duidelijk in het vervolg.
Ritueel
De musicus reist met zijn viool achter op de brommer mee naar de familie. Beleefdheden worden uitgewisseld, verhalen verteld en voedsel gedeeld. Maar hij is gekomen voor het kalf, voor het muziekritueel dat uitkomst moet brengen: het hoosj-ritueel, waarbij de violist speelt op zijn eenvoudige viool en de Mongoolse nomadenmoeder zingt. Daarbij streelt zij de flanken van de moederkameel, die zichtbaar rustig wordt door de muziek en door haar zang. Bij paarden schijnt dit ook zo te zijn (zie hier de film The Horsewhisperer). De viool lier wordt eerst een tijdje aan de bult van het moederdier gehangen. Dan is het de wind die de snaren beroert en het dier kalmeert. We zien het de oren spitsen. Voor het onverwachte.
Ook het venster van de muziek raakt aan de taal van het hart. Wat is de kracht van de muziek? Wat brengt de muziek in het leven in, om hardheid te verzachten en ‘bokkigheid’ te breken? Speelde David al niet op zijn harp voor het aangezicht van de stuurse Saul, en wordt bij Homerus het hart van koning Odysseus zo al niet geraakt door de zingende bard op het eiland van de Faiaken?
Musica consulat trista cordis.
Acceptatie
Dat de muziek het hart vertroost, zien we op het hoogtepunt van de documentaire bij het moederdier gebeuren. De muziek breekt haar verzet. De muziek maakt haar aan het wenen. Op dat moment kan haar uithongerde kalf eindelijk drinken en accepteert zij haar jong. Het verhaal is even eenvoudig als ontroerend en doeltreffend. The Story of the Weeping Camel werd lovend ontvangen en genomineerd voor een Oscar voor de beste documentaire (2003). Het sterkst is mij bijgebleven het moment waarop het moederdier hortend en stotend haar emotie uit, haar dierlijke emotie, waarbij een van omstanders de onvergetelijke woorden spreekt ‘now she sounds good’. De muziek verzacht en laat de liefde stromen. Ook hier ligt de menselijke gelijkenis voor de hand. De taal van de liefde is de taal die ons tot onze bestemming voert. Zo openhartig heb ik deze Duits-Mongoolse coproductie bekeken, die nu op dvd beschikbaar is voor wie zichzelf op goede beeldtaal wil vergasten, of anders zijn catechisanten.
T.G. van der Linden