Portret van Karl Barth
- Pagina's:
- Portret van Karl Barth
- Over de inhoud
- WOORD VOORAF VAN KARL BARTH
- INLEIDING
- EERSTE DEEL -ZIJN WEG EN ZIJN WERKk
- Theologische studie
- De Römerbrief
- De 'Dogmatik'
- 1933!
- Theologische Existenz heute
- Barmen
- De belijdenis van het geloof
- Brieven aan de kerken
- De verdediger der overwonnen Duitsers
- De wereld van Oost-Europa
- Het atoomwapen
- De christenen en het openbare leven
- De menselijkheid Gods
- Mozart
- Het 'dikke boek'
- HET TWEEDE DEEL, I. DE EXEGETISCHE WERKEN -commentaren
- Prediking
- II. DE HISTORISCHE WERKEN
- III. DE DOGMATISCHE WERKEN
- De kleine verhandelingen
- De 'Dogmatik'
- POLITIEK EN LITERAIR WERK politiek
- Literatuur
- V. DE ECHO
- Besluit
- Over de dialectische methode
Barmen
In Barmen (Wuppertal) zal op 31 mei 1934 de beslissende belijdenis worden opgesteld die in de kerkgeschiedenis de naam ‘Barmer Thesen’ zal dragen. Onder deze naam heeft zij haar plaats gekregen in de rij belijdenisgeschriften, door middel waarvan de kerk van oudsher haar credo beleden heeft tegenover vervolging en ketterij. Barth is direct verantwoordelijk voor de tekst. `In enkele uren heeft hij de schets voor de zes Barmer Thesen opgesteld,’ schrijft Hans Asmussen in zijn artikel `Karl Barth und die Bekennende Kirche’ (in één van de exemplaren van dit artikel heeft Barth zelf er bij geschreven: `terwijl Asmussen en Breit een middagdutje van twee uur celebreerden’!). 1
Hier volgt de inhoud van de Banner Thesen:
1 `Ik ben de weg en de waarheid en het leven, niemand komt tot de Vader dan door Mij’ (Joh 14 6).
`Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie niet door de deur de schaapskooi binnenkomt, maar op een andere plaats inklimt, die is een dief en een rover. “Ik ben de deur; als iemand door Mij binnenkomt, zal hij behouden worden’ (Joh. 10.1 en 9)
Jezus Christus, zoals van Hem getuigd wordt in de heilige Schrift, is het enige Woord van God, waarnaar wij luisteren moeten, aan wie wij ons in leven en sterven moeten toevertrouwen en overgeven,
Wij verwerpen de valse leer, als kon en moest de kerk als bron van haar verkondiging buiten en naast dit ene Woord Gods nog andere gebeurtenissen en machten, gestalten en waarheden als Gods openbaring erkennen (Bekenntnisschriften und Kirchenordnungen der nach Gottes Wort Reformierten Kirche’, Chr. Kaiser Verlag, Munchen 1938, p 335).
In de vijf andere artikelen wordt het volgende naar voren gebracht:
2. De onderworpenheid van het gehele leven van de christen aan zijn Heer, waarmee alle mogelijke geestelijke dualisme verworpen wordt.
3. De vrijheid der kerk, die, in weerwil van alle instanties en leringen van deze wereld, alleen luistert naar de geboden van haar Heer.
4. Het algemeen priesterschap, de volledige gelijkheid van alle christenen voor God en de verwerping van het op de kerk toegepaste `Führerprinzip’.
5. De boven alle staatswetten verheven onafhankelijkheid van het Woord van God.
6. De verantwoording, die de kerk draagt ten aanzien van het volk, de onafhankelijkheid van haar boodschap met betrekking tot ideologieën en propaganda.
De tekst besluit met een aan alle christenen in Duitsland gerichte oproep zich bij de Bekennende Kirche aan te sluiten.