Is God uit op bloed en geweld?
Op een goede dag ging een zekere Arnold Jacobs een jaar lang volgens de Bijbel leven. Het werd een hit en vond navolging. Liberale christenen en Joden waren vol lof, Jacobs boek werd als een goede grap naar Nederland gehaald en men raakte tot bij de EO hilarisch gestemd. Zelfs volgens prof. dr. K.A.D. Smelik was het, hoewel naïef en slecht voorbereid, leuk en confronterend.
Het kan zijn dat deze stemmingmakerij uitdraaide op het idee van Dimitri Verhulst om de Bijbel ter hand te nemen en opnieuw te vertellen. De boeken van Mozes werden het slachtoffer, het ‘bloedboek’ volgens hem. Niet het Hebreeuwse boek overigens, Verhulst las de Statenvertaling en de Willibrordvertaling. In alle ernst wil hij het karakter van de Bijbel ontmaskeren als gewelddadig en het boek toeschrijven aan een fascistische god. Dat stelt ons voor pijnlijke vragen. Zeker nadat de meeste christenen zo hartelijk hebben gelachen om Jacobs. De ‘gewelddadige god’ blijkt ons óók dwars te zitten. Want we delen dezelfde vragen, aldus theoloog Alain Verheij. Als je de Bijbel in zijn context verstaat, is het heus niet zo erg volgens hem, maar wel degelijk ‘krankzinnig’ als het gaat over ‘onthoofding en verkrachting’. Het zou volgens hem aan ons eigen ‘morele zelfreinigende vermogen’ te danken zijn, dat we dit ontgroeiden. ‘De aanstootgevende bijbelwoorden laten we dus vrolijk links liggen.’ [1]
Voor wie God als onveranderlijk ziet, en de Tora als Zijn Woord beschouwt, is Jacobs cabaret blasfemisch, omdat hij een antibijbels getuigenis neerzet. Verhulsts vrágen kan ik begrijpen, want hij weet niet beter, maar het verbijstert mij als Verheij bijbelpassages zonder tekst en uitleg krankzinnig noemt. Zijn we soms terug bij Marcion, die Tora en profeten aan de Demiurg toeschreef? De jaloerse vormgevende god van het stoffelijke die wij ontstijgen?
Ik wil hier verdedigen dat het niet nodig is dat bijbellezers worden meegesleurd in deze verlegenheid met een god die op bloed en geweld uit zou zijn. Hiervoor moeten we naar de grondtekst. Terug naar een open studie van de Tora, met de juiste hartsgesteldheid, voorbij de vertekeningen uit vertalingen en theologie (zie Ps. 78:1-2). De messiaanse beweging gaat er prat op dat zij zich weer aan die studie waagt (hoe gebrekkig ook). Wekelijks doen we zo ontdekkingen en worden vertrouwd met een doorlopende studie van de Tora, naast Profeten en Apostolische Geschriften. Vanuit deze ontluikende traditie wil ik op de vraag naar geweld ingaan. Daarbij houden we in het oog dat “hoe verder een tekst van ons afstaat in tijd en culturele context, hoe groter de kans dat we die tekst – of delen ervan – verkeerd opvatten.”[2]
Verhulst heeft dit niet in acht genomen, want het ging hem (net als Jacobs) om de letterlijke toepassing die we zouden moeten voorkomen.[3] Daardoor geeft hij een naargeestig verwrongen beeld van de Tora. Implicaties als ‘naakt’ of ‘dood’ ziet hij telkens als openingen om zijn fantasie de vrije loop te geven. Vervolgens keert hij zich vol afschuw af van zijn fantastische braaksels, natuurlijk. We nemen het voorbeeld van zijn – in de media inmiddels beruchte – ‘wet op de teelbal’ (p. 211).
Broeders in gevecht
Het komt voor in de Bijbel dat broeders elkaar naar het leven staan. In principe is dit in de Hebreeuwse tekst zelfs dé zondeval. Want in Genesis 4 (de eerste broederstrijd) worden de woorden ‘zonde’ (vs. 7) en ‘val’ (vs. 5-6) in de tekst geïntroduceerd, niet bij het eten van de verboden vrucht in Genesis 3! Broedertwist is daarmee een hoofdzonde, waar Israël zich niet mee in zou moeten laten (Gen. 31-33). In Egypte werd dit echter vergeten, vandaar dat Mozes ingrijpt als hij broeders ziet vechten in Exodus 2. Ook tijdens de woestijnreis komen twisten voor, en helaas niet altijd zonder goede reden.
Om dergelijke twisten te begrenzen komt er een regeling waarbij broeders elkaar kunnen uitdagen, en met elkaar strijden tot de dood erop volgt. Iets wat wij niet meer kennen, maar een praktijk die rechtvaardig kan functioneren, mits de mannen beseffen dat ze op heilige grond zijn. Vandaar dat er een regeling is. Waarschijnlijk naar aanleiding van een precedent wordt er in Deuteronomium 25:11-12 (de ‘wet op de teelbal’) naar deze regeling verwezen. Vandaar het woord makéhoe, wat ‘degene die hem verslaat’ betekent. Leven en dood staan hier op het spel. De verslagene heeft een rechtmatig oordeel over zich afgeroepen. Diens vrouw heeft zich dus niet te mengen in de strijd en moet zich neerleggen bij haar eventuele weduwschap. Begrijpelijk dat dit een keer misgaat, en dat daar een regel over wordt vastgelegd: een hand-amputatie in het geval een met weduwschap bedreigde vrouw de aanvaller van haar man bij zijn testikels grijpt. Want het door de mannen gewilde gevecht, moet eerlijk verlopen.
Vanwege tijd en context, is dit voor mij géén zaak van verlegenheid, want het is rechtvaardige jurisprudentie. Verhulsts idee dat dit soort executies volledig uit verhouding zouden zijn of dat ze veelvuldige praktijk waren, klopt niet. Een dergelijke executie kán in de Bijbel niet zonder een proces worden toegepast. Welke executies er ook voorkomen, ze staan állemaal in het licht van de veilige rechtspraak in Israël, zoals vastgelegd in Deut. 16:18-20 en 17:8-11. Hierin heet het dat het recht in samenwerking met aangestelde oudsten gedaan zal worden, en op geen enkele manier verbogen, opgerekt of gebagatelliseerd mag worden. Er zal ook niemand voorgetrokken worden. En als de rechters niet kunnen onderscheiden wat recht is in een specifieke zaak, wordt de zitting verdaagd en zal Gods oordeel gevraagd worden middels de priesters. Ik zou willen dat ons rechtssysteem hier meer van in acht zou nemen!
In een tweede bijdrage werk ik mijn stelling verder uit aan de hand van een bijbelse executie die minstens zoveel verlegenheid oproept: de brandstapel.
Kees Bloed
K. Bloed is messiaans theoloog
[1] https://magazine.thepostonline.nl/auteurs/Alain-Verheij/10754/Besmeurd-door-de-losse-handjes-van-Jeroen-Pauw-zeghet
[2] Hoe vertaal je de Bijbel in gewone taal?, Matthijs de Jong, 2014, p. 77.
[3] http://www.knack.be/nieuws/boeken/dimitri-verhulst-de-bijbel-is-geen-literair-meesterwerk/article-interview-622867.html